Overleven in de ijskou

Niemand kan zo prachtig over dieren schrijven als Bibi Dumon Tak! Dat weten we al sinds het heerlijke Bibi’s Bijzondere Beestenboek, waarin ze over veertig bijzondere dieren vertelde, van het zeepaardje (‘zoiets geks kun je niet verzinnen’) tot zebra’s met unieke streepjescodes en hagedissen die over water kunnen wandelen. 

In Winterdieren gaat ze op die weg verder, maar ditmaal richt ze haar aandacht op de Noord- en de Zuidpool. In een boeiende inleiding vertelt ze over de twee ijskoude uiteinden van de wereld, waar het kwik kan zakken tot -89, 2 graden Celsius. Vervolgens gaat ze in op de dieren die in deze extreme omstandigheden (over)leven. Bibi Dumon Tak doet iets heel bijzonders in dit boek: ze laat de lezer op een originele, verrassende manier naar dieren kijken. Dat doet ze door op een speelse, humoristische, prikkelende manier bijzondere weetjes te vertellen, waarbij ze haar bewondering voor de dieren in kwestie niet onder stoelen of banken steekt. Krill bijvoorbeeld is de brandstof van Antarctica, en zorgt zo voor het overleven van de wereld. Eigenlijk zijn we die driehonderd biljoen garnaalachtige beestjes stuk voor stuk een buiging verschuldigd. En over het rendier schrijft ze: ‘Zoveel vernuft in één dier: daar kan Ikea nog wat van leren.’ Haar enthousiasme is aanstekelijk. Martijn van der Linden maakte bovendien prachtige illustraties van al deze dieren, in schitterende koele en ijzige tinten. Een boek over een koud onderwerp, maar met zoveel liefde beschreven dat je het er warm van krijgt!