Iedere olifant doet wel iets

Over Jannes van Toon Tellegen
Jannes

In Jannes van Toon Tellegen bestaan er geen andere levende wezens dan olifanten. Hoofdpersonage is het tweejarige olifantje Jannes, dat eigenlijk een heel gewoon, herkenbaar kleuterbestaan leidt: hij gaat met zijn mama, die hem ‘mijn liefste liefste liefste olifant’ noemt, naar de zoo, hij gaat op verkenning in zijn eigen huis, hij staat voor het raam te kijken naar voorbij rijdende auto auto’s, hij viert zijn verjaardag… Het wordt bijzonder doordat in deze wereld alleen maar olifanten leven. Olifanten ‘in de bomen en op de daken die koerden, krasten, floten en tsjilpten’, bijvoorbeeld, en op de boerderij zijn er dan weer ‘boze, blaffende olifanten en bruine en witte, kakelende olifanten’. In de kelder ontdekt Jannes een heel klein olifantje dat onbeweeglijk in de hoek van een web, ‘een wirwar van dunne, grijze draden’, zit, tot er een ander klein olifantje door het raam naar binnen en vliegt, tegen het web botst en daar niet meer los van komt. En in de zoo, de ‘olifantentuin’, maakt Jannes kennis met een nog veel grotere variëteit aan olifanten: witte olifanten op rotsen, olifanten in bomen die zich van tak naar tak slingeren, olifanten met grote glanzende ogen in een grote bak vol water, en een vervaarlijk brullende olifant in een kooi, volgens Jannes’ moeder ‘de koning van olifanten’. De ‘totale verslurfing’ van de wereld, zoals Bregje Boonstra het ooit noemde, zorgt voor een flinke portie fijne humor, waar illustrator Peter Vos mooi op inspeelt door een veelheid van dieren te tekenen, allemaal in olifantengedaante. In de olifantentuin ziet Jannes trouwens ook twee reusachtige grijze olifanten, waarvan er eentje een enorm lawaai maakt.

‘Dat heet trompetteren,’ zei zijn moeder. ‘Sommige olifanten doen dat. Andere piepen of gonzen. Iedere olifant doet wel iets. Wij praten.’

Mensen komen er in Jannes niet voor – althans niet in de echte wereld. Ze bestaan alleen in de verbeelding:

‘Jannes had een groot boek met plaatjes. ’s Avonds voor hij ging slapen las zijn moeder daaruit voor.
Het ging over mensen.
Zijn moeder zei dat die alleen in boeken voorkwamen. Ze bestonden niet echt. Jannes bekeek de mensen op de plaatjes in het boek. Ze hadden geen slurf, geen grote oren en geen lange tanden. En ook geen staart.’

Helemaal op het einde heeft Tellegen nog een verrassing van formaat in petto, wanneer Jannes wakker wordt en… geen olifant meer blijkt te zijn.

Toon Tellegen: Jannes, 1993, Querido.
Illustraties van Peter Vos.
ISBN 9789021483740.

0

Deel dit bericht

LEES OOK

Bevreemdend en herkenbaar

Over Russische sprookjes van Thé Tjong-Khing …

Een stomp vol in de maag

Over Zwarte zwaan van Gideon Samson …

Zeven kleine levenslessen

Over Het geluk van Schildpad van Tiny Fisscher en Barbara de Wolf …
Abonneer
Laat het weten als er
0 Reacties
Inline feedbacks
Bekijk alle reacties

Een vader die alles kan

Hoe kunnen er zoveel gedachten in één hoofd passen?

Iedere olifant doet wel iets

Reading literature gives us images to think with.

meest recente berichten

In een gigagrote oceaan is het simpel verstoppertje spelen

De Boon 2024 gaat naar Erna Sassen en Martijn van der Linden

Jezelf vinden in de Schaduwwereld

Zoeken