Jenny Valentine heeft zich met Op zoek naar Violet Park en Gebroken soep op korte tijd geprofileerd als een van de meest bijzondere en talentvolle schrijvers voor jonge adolescenten van dit moment. Onlangs verscheen van haar Mierenkolonie.
In Mierenkolonie zijn, afwisselend, twee ik-vertellers aan het woord: de zeventienjarige Sam en de tienjarige Bohemia, die in hetzelfde huis wonen. Sam is van huis weggelopen en naar het anonieme Londen getrokken en woont er in een piepklein kamertje in Georgiana Street 33. Daar woont ook Bohemia, met haar verslaafde moeder, die het meisje meestal aan haar lot overlaat. Valentine neemt de tijd om de personages – de bewoners van Georgiana Street 33 – met precisie neer te zetten, waardoor het boek wat traag op gang komt. Sam, die eigenlijk de rust en de anonimiteit van de grote stad opzocht om te verdwijnen in de massa, is terechtgekomen in een huis waar het niet mogelijk is om de deur gewoon achter je dicht te trekken. Of hij het nu wil of niet, zijn bizarre huisgenoten, naast de verwaarloosde Bohemia ook haar ontspoorde moeder, een getatoeëerde onderbuurman en Isabel, een bejaarde dame op teenslippers, dringen als een wat vreemde nieuwe familie zijn leven binnen. Isabel, die eerst vooral aan bemoeizucht lijkt te lijden, ontpopt zich als een levenswijze vrouw, die zich het lot aantrekt van haar eenzame jonge huisgenoten. De eenzaamheid van de twee, die van een totaal verschillende aard is, wordt raak geschetst door Valentine. Het schrijnendst is die van Bohemia: ‘Alsof je langs een telefooncel liep waar de telefoon ging. Dat heb ik altijd gewild. En dat het telefoontje dan gewoon voor mij was.’ Ze lijdt onder de verwaarlozing door haar moeder, maar kan dat nauwelijks verwoorden, uit angst in een nog ergere situatie terecht te komen.
Eens de personages zijn neergezet, komt een mooi verhaal op gang van de intrigerende interactie en de onwaarschijnlijke vriendschap tussen de huisgenoten. In al haar eenzaamheid klampt Bohemia zich vast aan Sam, die ze meteen promoveert tot boezemvriend. Haar verlangen om alles te delen met een vriend botst op zijn zwijgzaamheid. Ook Isabel probeert het zwijgen van Sam te doorbreken door een appel te doen aan zijn verantwoordelijkheidsgevoel:
‘’Je bent het kind van iemand,’ zei ze. Ik trok een lelijk gezicht tegen haar in de kast. Ze zag me niet. ‘Hoe lang denk je dat nog vol te houden?’ vroeg ze. ‘Ik lig ’s nachts wakker om jou, dat weet je best.’’
Jenny Valentine tekent de verhoudingen met een soms meedogenloos scherpe, maar altijd warme pen.
Als Sam genoeg krijgt van zoveel goedbedoelde bemoeizucht, gaat hij over de schreef. Vanaf dat moment grijpt het verhaal je bij de keel. Kundig drijft Valentine het drama op, tot Sam datgene waarvoor hij op de vlucht is – want hij is natuurlijk niet zomaar weggelopen – onder ogen móét zien. De ontknoping komt ongemeen hard aan, ook bij de lezer. Dat is niet alleen te danken aan het verhaal op zich, maar vooral ook aan de knappe opbouw. Een boek lang heeft Valentine deze mokerslag tot in de puntjes voorbereid. Voor de derde keer op rij bewijst ze dat ze een auteur is die de kunst van het schrijven zeer beheerst. Een aanrader!
Jenny Valentine: Mierenkolonie, Moon, 2010.
Uit het Engels vertaald door Jenny de Jonge.
ISBN978 90 488 0443 6.
Jenny Valentine heeft nog meer knappe YA-romans geschreven, zoals Op zoek naar Violet Park, Gebroken soep en Mierenkolonie. Een recensie van Mierenkolonie kun je hier lezen.