© Matthias Stom

Van een wrede koning en sterke vrouwen

Over Koningskind van Selma Noort
Koningskind

Van de bijbelse koning Salomo, die zo’n 3000 jaar geleden leefde, weten de meesten onder ons twee dingen: dat hij een prachtige tempel liet bouwen in de stad Sion, en vooral dat hij een bijzonder wijs man was. Het verhaal bij uitstek dat die wijsheid moet illustreren, is dat van zijn oordeel over twee vrouwen die allebei beweerden de moeder te zijn van een zuigeling. Om erachter te komen wie de echte moeder was, gaf Salomo het bevel om het kind in tweeën te hakken.

De Salomo die Selma Noort in Koningskind ten tonele voert, mag dan wel wijs zijn, hij was ook een wrede en hebzuchtige potentaat, die er niet voor terugdeinsde om zijn macht te misbruiken. Voor het werk aan zijn luisterrijke tempel liet hij jonge mannen uit alle hoeken van zijn rijk halen, die hij uitbuitte als slaven, en op de reizen bezocht hij vrouwen en meisjes om hem genot te verschaffen. Hij keek niet om naar de meisjes, noch naar de kinderen die hij bij hen verwekte:

‘Hij was tevreden met de wetenschap dat zijn vlees en bloed rondliep, werkte, zweette, vocht en vrijde, en zich voortplantte tot aan de grenzen van zijn rijk. In zekere zin voelde hij zich daardoor onsterfelijk.’

Lydia is een van de door Salomo bezochte meisjes, en Selma Noort voert haar op in een bijzonder sterke openingsscène:

‘Lydia was vijftien jaar. Ze stond tot haar middel in het water zodat roofdieren haar bloed niet zouden ruiken. Toen een onbeheersbare kramp haar kindje na uren van pijn eindelijk uit haar lichaam duwde, zag ze dat het een meisje was met een onvolgroeid linkerarmpje met daaraan een krom handje waaraan twee vingertjes misten.’

Nadat Lydia van huis is weggelopen om haar ouders de schande van de verkrachting te besparen, wordt ze in een ver dorp in bescherming genomen door een onbekende, oudere man. De Steenhouwer, die zelf zijn dochter verloren heeft toen ze beviel van haar ‘koningskind’, trouwt met haar en zorgt als een vader voor haar dochtertje Zissel, dat niet alleen een ‘reigerhandje’ heeft, maar ook niet kan praten. Wanneer Zissel later in een struik een slavenjongen, Jabin, aantreft, wordt ook die als een zoon in het gezin opgenomen.

Het zijn eenvoudige mensen, die met weinig middelen een bestaan proberen op te bouwen op het ritme van het natuur en de seizoenen. Maar hun verledens reiken puzzelstukken aan over hoe het leven eraan toeging onder de heerschappij van Salomo. Lydia, die verkracht wordt door de vorst en bevalt van een bastaardkind. De Steenhouwer, die in zijn jeugd samen met zijn broers door de mannen van Salomo is meegenomen om in de steengroeve te gaan werken, en als enige teruggekomen is, met een rug vol littekens en een hoofd vol kwetsuren. Jabin, die zag hoe zijn moeder, vader en broertjes op gruwelijke wijze vermoord werden en die zelf tot slaaf werd gemaakt. Hun dorpsgenoten hebben soortgelijke verhalen. Het volk leeft in angst voor de almachtige Salomo. Het zijn wrede, rauwe verhalen, die nergens verbloemd worden.

‘Hij gebaarde zweepslagen en maakte het gebaar van iemand de keel doorsnijden. Wat hij vertelde was te onverdraaglijk en te gruwelijk voor gesproken woorden. Hij kon het alleen vertellen in de taal van Zissel, waar geen stem voor nodig was die kon verstikken door tranen.’
(…)
‘Hij duwde zijn vuisten tegen zijn oogkassen en wiegde heen en weer. Mama. Vader. Broertjes. Ik ben hier. Ik leef. Ik vergeet jullie nooit. Jullie zijn in mijn hart, in mijn ogen, in mijn oren, in mijn handen. Ik ben hier. Zie mij. Hoor mij.’

Het verhaal bouwt sterk op naar de nacht waarop Lydia bevalt van een tweede kind, Zissels halfbroertje Menachem, en bereikt een hartverscheurende climax wanneer het baby’tje verwisseld wordt met het doodgeboren kind van een vooraanstaande vrouw die met haar gevolg op weg is naar de koning. Zissel is tegen haar wil getuige van het complot en wordt gedwongen met het gezelschap naar Sion te reizen. Met een list slaagt ze erin om ook Lydia en Jabin te laten aansluiten. In Sion komen ze terecht in ‘in een leven van geheimen, leugens, list en bedrog.’ Zal Lydia haar kind terugkrijgen?

Selma Noort heeft met Koningskind een razend spannend en bijzonder meeslepend verhaal geschreven, een historische roman die een krachtig beeld schetst van het leven in de tijd van koning Salomo, maar die het historische ook overstijgt en een bijna mythisch karakter krijgt, door elementen die echo’s lijken uit een ver verleden: de dorpelingen die de voortekenen herkennen wanneer iemand weldra zal sterven, het (bij)geloof dat Zissel door haar reigerhandje over genezende krachten beschikt, de doden die ‘leeg’ genoemd worden omdat de ziel het lichaam verlaten heeft… 

Ook de klassiek aandoende schrijfstijl van Selma Noort draagt daar toe bij, net als de terugkerende motieven die doorheen het boek opduiken, zoals Zissels reigerpootje en haar opvallende groene ogen. Noort schrijft ook zeer beeldend en bij momenten zeer zintuiglijk:

‘De najaarsregens kwamen en het geluid ervan vulde hun oren. De aarde gorgelde, pruttelde en slurpte het hemelwater wervelend in de diepe barsten en groeven die door de droogte waren ontstaan, en takjes, blaadjes en gras werden meegesleurd.’

Een andere troef van dit boek zijn de bijzonder sterk neergezette personages. Er is in de eerste plaats het fascinerende hoofdpersonage Zissel, dat een grote ontwikkeling doormaakt, van underdog met een beperking naar een sterke vrouw, die – op advies van de Steenhouwer – van haar zwaktes haar sterktes weet te maken. Maar ook de mensen om haar heen komen naar voren als levensechte personages – behalve misschien de leden van het hof van Salomo, die wat stereotieper neergezet worden.

En hoewel de personages mannelijk en vrouwelijk zijn, is dit toch vooral ook een boek over vrouwen. Over de kwetsbaarheid én de kracht van vrouwen. Over de wijsheden die vrouwen al eeuwenlang fluisterend met elkaar delen en aan steeds nieuwe generaties doorgeven. Over bloed, bevallen, moederschap en onvoorwaardelijke moederliefde. Maar ook over listen, gekonkel en verraad. Lydia, Zissel, de vrouw van de rietvlechter: het zijn personages die beklijven.

Koningskind is een krachtig en mooi geschreven en boeiend boek, een van de beste van Selma Noort.

Selma Noort: Koningskind, Leopold, 2020.
Coverillustratie: Martijn van der Linden, illustraties binnenwerk: Selma Noort.
ISBN 9789025879455.

0

LEES OOK

Hilarisch stapelverhaal

Over Vast van Oliver Jeffers …

Een stomp vol in de maag

Over Zwarte zwaan van Gideon Samson …

‘Alsof mijn buik zijn kleine teen heeft gestoten tegen de tafelpoot ‘

Over ‘Ik mis Milo’ van Pim Lammers en Sanne te Loo …
Abonneer
Laat het weten als er
0 Reacties
Inline feedbacks
Bekijk alle reacties

Een vader die alles kan

Hoe kunnen er zoveel gedachten in één hoofd passen?

Iedere olifant doet wel iets

Reading literature gives us images to think with.

meest recente berichten

In een gigagrote oceaan is het simpel verstoppertje spelen

De Boon 2024 gaat naar Erna Sassen en Martijn van der Linden

Jezelf vinden in de Schaduwwereld

Zoeken